DWDND

7 juli 2010 - Kigali, Rwanda

De wereld draait niet door (DWDND)

Bestaat het televisie-programma De Wereld Draait Door (DWDD) nog? Nou, op het platteland (leuke woordspeling in het land van de 1000 heuvels...) in Rwanda draait de wereld niet door als wij ergens onze neus laten zien, kortom DWDND!. Het lijkt wel of we van mars komen, groen gekleurd zijn en antennetjes op ons hoofd hebben. Want iedereen houdt op waar ie mee bezig is en staart ons lange tijd uitdrukkingsloos aan zodra we langs rijden of erger stoppen en uitstappen. Veehoeders, baksteenbakkers, schoolkinderen, mensen die water uit de rivier aan het halen zijn etc etc. Allemaal houden ze hun adem in wat die twee blanken gaan doen. Wat? Stappen die twee blanken uit die grote grijze auto en gaan ze met een eng ding in het riet zitten kijken, vervolgens in een dik boek met plaatjes bladeren en daarna lopen ze weer verder. Gelukkig helpt een groet van onze zijde in hun lokale taal enigszins om het ijs te breken en worden er voorzichtig handen omhoog gestoken als groet. En nee, dit is ons niet één keer, maar diverse keren overkomen. Wat een enorm verschil met Oeganda zeg!!! We zijn duidelijk in een deel van Rwanda waar ze geen blanken, laat staan toeristen gewend zijn.

Na onze binnenkomst in het noordoosten van Rwanda zien we het eerste uur geen enkele auto op de weg. Desondanks zijn de wegen ruim en voorzien van een prima laag asfalt (black road zoals ze dat hier noemen). Dat is iets anders dan in Oeganda, waar het krioelt van de auto's die al sla omment de gaten in het asfalt proberen te ontwijken. Het rijden in Rwanda is echter toch wel een kwestie van goed opletten, want de weg wordt wel heel druk gebruikt door zowel twee- als viervoeters. Overal lopen hordes schoolkinderen, worden landbouwproducten (zoals trossen matokbananen) op de fiets naar de markt gebracht of zijn mensen en vee op weg van a naar b. En al deze voetgangers lopen midden op de weg, zijn niet echt gewend aan auto's en letten dus ook niet zo goed op. Dat in combinatie met het rechts rijden in een "verkeerde" auto zorgt ervoor dat we niet veel harder gaan dan 60 km/u. Af en toe komen we taxibusje tegen en die rijden allemaal heel erg rustig. Geen gejakker, geen getoeter. Best wel relaxed rijden dus.Lemen huisjes in RwandaSchoolkidz in Rwanda

Wat ons langs de weg heel erg opvalt is dat het ongelooflijk netjes en schoon is. Rwanda heeft een verbod op plastic zakken en bovendien moet iedereen die langs de weg woont dat deel van de weg schoonhouden van afval. En het werk echt! Ongelofelijk!! Verder is straathandel verboden en mogen spullen alleen vanuit winkeltjes of op speciale marktterreinen worden verkocht. De typisch afrikaanse straathandel zou het land een te rommelige indruk geven. Gevolg is dat we de eerste dagen best wel problemen hebben met het doen van boodschappen omdat we simpelweg de winkeltjes niet kunnen vinden. Bijkomend probleem is dat alhoewel frans (samen met Kinyrwanda) de officiële talen van het land zijn, niemand in de dorpjes frans beheerst en ons Kinyrwanda gaat niet verder dan hallo, hoe gaat het? Dat is dus veel handen en voeten werk.

Onze eerste stopplaats is bij een soort "resort" bij een meer. Gelukkig spreekt er 1 kerel frans, want de overige medewerkers spreken wederom alleen de lokale taal. 's Avonds leren we veel over de huidige situatie in Rwanda omdat we een paar uur zitten te kletsen met 2 Amerikaanse ontwikkelingsmedewerkers die ook in het resort verblijven. De volgende ochtend vertrekken we vroeg in de richting van Akagera National Park. Er is weinig info te vinden op internet over het park, dus het is een beetje een gok wat ons te wachten staat. Tot onze verrassing is de route naar het park prima bewegwijzerd en om 9 uur staan we op de stoep van de receptie. We geven aan dat we 2 dagen willen blijven en dus 1 nacht willen kamperen. De schade: 180 USD!!!! De entreeprijzen voor ons en de auto hadden we wel verwacht, maar de prijs voor het kamperen ((30 USD pppn) schiet ons volledig in het verkeerde keelgat. Zeker omdat de camping niet meer is dan een stuk gras met een afdakje en wat wij noemen een poepdoos (gat in de grond met een toilet erboven). Water moeten we zelf meebrengen. De laatste informatie die we hadden kunnen vinden op internet had het over 4 USD pppn. We protesteren heftig, maar er verandert niets. We betalen dus 60 USD om te kunnen kamperen en na enig aandringen krijgen we een jerrycan met 20 liter water mee. Om te kunnen douchen zullen we maar zeggen.... Alex blijft de hele avond sputteren omdat ie nogal gevoelig is voor dit soort excessen. Dan had die toch liever naar Lake Mburo in Uganda willen gaan, mopper, mopper mopper. Afijn, omdat het niet veilig zou zijn zelfstandig in het park rond te rijden krijgen we wel een gids mee. Het is gelukkig een aardige vent, die goed Engels spreekt én trots is op het park. Na een paar minuten hebben we door waarom je niet zelf rond mag rijden. De weggetjes zijn erg smal, zandig (een 4WD is echt nodig) en het is een doolhof aan karrensporen. Bovendien stuurt de gids ons soms regelrecht de bush in en schuren de takken langs de auto. Akagera NP is best groot, maar in 1997 is 2/3 van het park afgepakt om alle terugkerende vluchtelingen van de genocide van '94 te kunnen huisvesten. Stoffige auto in Akagera NPBuffels in Akagera NPZebra's in Akagera NPVogels spotten op de duurste kampeerplaats van AfrWe rijden 1,5 dag met de gids rond in het park en zien best veel vogelsoorten en toch ook giraffen, zebra's, wrattenzwijnen, nijlpaarden en zelfs olifanten. Het wildleven is nog steeds aan het herstellen van de genocide omdat rebellengroepen en vluchtelingen het hele park hebben leeg gestroopt om aan eten te komen. Al met al besluiten we de hoge entreeprijzen maar als een soort ontwikkelingswerk te zien en een soort aanmoedigingsprijs om vooral het park in stand te houden. Maar de 60 US blijft de hoogste prijs die we ooit voor 1 nacht kamperen hebben betaald. En dat in Rwanda........

Het volgende doel in Rwanda is Kigali. Daar gaan we Paul opzoeken, een voormalige dierenbeschermingscollega van Angeline die ons geholpen heeft met het visum. Hoe dichter we bij Kigali komen, des te meer auto's en motoren komen we tegen. Als we tegen 5 uur de stad inrijden, valt onze mond open: de wegen zijn breed, nog steeds prima geasfalteerd en er wordt gedisciplineerd gereden. We hebben met Paul in de bar van een luxe hotel afgesproken. Toch goed dat we voor ons vertrek uit Akagera nog even schone kleren hebben aangetrokken. De auto ziet er echter niet uit. We durven dan ook nauwelijks de auto op het parkeerterrein neer te zetten. Alle auto's zien er spik en span uit en die van ons ziet er uit als een beest vanwege de zeer, zeer, zeer stoffige wegen in het park. Binnen vijf minuutjes zitten we naast Paul aan de bar bij het zwembad. Tsjonge, een groter contrast op één dag kan bijna niet zeg! In veel Afrikaanse landen is er een groot verschil tussen de steden en het platteland, maar dit is wel erg extreem zeg!!! Mooie jonge meiden in strakke shirtjes, mannen in nette, gestreken broeken en overhemden, gepoetste schoenen etc etc. Mmm, wij vallen toch ietwat uit de toon. Na een Fanta Lemon gaan we op weg naar Paul's huis. Naar expat-maatstaven een bescheiden optrekje met maar 5 slaapkamers en 2 badkamers. Uiteraard wel mét een guard, die 7 dagen per week en 24 uur per dag aanwezig is en in een kabouter-huisje naast de poort woont. Ja, dat is dus een werkweek van 168 uur......Hij krijgt daar een maandsalaris voor van 70 euro en is daar ontzettend blij mee. Eén keer per maand gaat ie een halve dag weg om zijn salaris naar zijn moeder te brengen...... Hij onderhoudt op die manier zijn hele familie en zorgt dat zijn broertjes naar school kunnen. Paul geeft hem ontbijt en bakt 's avonds een eitje voor hem en overdag regelt de guard een eigen maaltijd door op de hoek van de straat bij een stalletje wat eten te kopen. Ongelofelijk dat hij tevreden is met zo'n leven. Maar ja, als er een Rwandees in het huis had gewoond, dan was hij waarschijnlijk veel slechter afgeweest, want de omgangsmanieren van (rijkere) Rwandezen met personeel zijn niet echt vriendelijk te noemen.

De volgende dag moest Paul gewoon naar zijn werk. Hij is samen met diverse collega's door de Rabo-bank uitgezonden om bij de grootste bank van Rwanda de automatisering op een hoger niveau te brengen (concreet het opzetten van een pin-machine netwerk, en zo wie zo zorgen dat alle filialen de administratie in de computer te zetten en niet meer in een kaartenbak). Wij zouden gedurende de dag wat gaan rondtoeren en boodschappen doen. Maar wat blijkt, de dag ervoor, zondag, was een nationale feestdag. En nu bleek de president die avond op de radio en tv te hebben aangekondigd dat daarom de volgende dag een vrije dag zou zijn (een soort engelse bankholiday om het maar zo te noemen). Maar ja, Paul luistert natuurlijk niet naar de lokale radio of tv en gaat dus maandagochtend nietsvermoedend naar zijn werk. En ja hoor, op wat westerse collega's na is er niemand aanwezig. Na een half uurtje is Paul dus weer terug en gaan we gedriën op stap. We gaan onder andere naar één van de lokale markten en daar genieten we erg van.Paul koopt eieren op de marktMeel-afdelingLokale GammaAngeline op zoek naar een boodschapentas Zoals gezegd mogen er geen kraampjes op straat staan en dus is de markt geconcentreerd op 1 plek in Kigali. Er komen niet zo veel blanken, dus we zijn weer eens de talk of the town. Het grappige is dat alle eierverkopers, bananenverkopers, tomatenverkopers, meelverkopers e.d. allemaal een eigen "afdeling" hebben. Heel wat overzichtelijker dan de markten in Nederland waar je de hele markt af moet om te kijken waar de aardbeien het goedkoopste zijn........ Bovendien is de markt een combinatie van een groenteman, visboer, slager, bakker, Gamma, Blokker en C&A. Kortom, alles onder één dak! Vanwege de ban op plastic zakken worden alle handelswaar in papieren zakken verpakt. Wij hebben er ook maar een boodschappentas gekocht omdat dat toch wel handig is bij het boodschappen doen. Bovendien hebben we er 2 oranje T-shirts gekocht (die zullen in Nederland wel uitverkocht zijn..).

De dag erna hebben we een bezoek gebracht aan het Genocide Memorial in Kigali, een 'must do' als je in Rwanda bent. Immers, de naam van het land zal nog lange tijd verbonden blijven met de 'oorlog' tussen de Hutu's en Tutsi's die hier van 1990 tot 1994 plaats heeft gevonden. In aangrijpende beelden wordt een deel van de geschiedenis van het land verteld. Met name de manier waarop de scheiding tussen Hutu's (70% van de bevolking) en de Tutsi's (30% van de bevolking) door de koloniale machten (achtereenvolgens Duitsland, België en Frankrijk) wordt ingevoerd en de verschillen tussen beide groepen flink aangewakkerd. Tegen de tijd van de onafhankelijkheid in 1963 is er dus al sprake van een rassenconflict. In de decennia daarna wordt dat door de regerende Hutu-machthebbers steeds verder opgevoerd. Eind jaren 80 vluchten dus al veel Tutsi's naar de omringende landen en in de jaren 1990-1993 vinden er al op kleine schaal moordpartijen op de Tutsi's plaats. Begin april 1994 springt de vonk in het kruitvat nadat het vliegtuig van de president (een Hutu) wordt neergehaald door een raket. Het is nooit duidelijk geworden wie die raket heeft afgevuurd. Al een uur na de aanslag waren er in Kigali roadblocks en werden Tutsi's hun auto uitgesleurd, ter plekke met een machette gedood en in een rivier of van een viaduct gegooid. Tutsi's worden op een zeer systematische manier "opgespoord" en gedood. In de daarop volgende drie maanden verliezen meer dan een miljoen Tutsi's en 150.000 Hutu's, die de gewelddadigheden niet ondersteunen, op vaak gruwelijke manier het leven. Pas dan dringt het in het buitenland door wat er aan de hand is en wordt er ingegrepen. Het is overigens twijfelachtig wat de rol van Frankrijk en België is geweest tijdens de genocide. Vandaar dat de relaties met beide landen nog steeds niet echt goed is.Open massagraf in Genocide MemorialIngang Genocide MemorialHonderden foto's van mensen die zijn afgeslacht in

Het hele verhaal wordt met veel beeldmateriaal en getuigenverklaringen weergegeven in het memorial (waar je binnen niet mag fotograferen) en zit goed in elkaar. Angeline heeft het niet drooggehouden en ook Alex heeft een paar keer een brok in zijn keel gehad. Dat komt met name vanwege alle persoonlijke drama's die in woord, beeld en film zijn weergegeven. Het blijft onvoorstelbaar wat er destijds gebeurd is. De getallen laten je duizelen. In drie maanden tijd worden meer dan 1 miljoen Rwandezen vermoord en dat op een bevolking van 7 miljoen. Omdat er vervolgens 3 miljoen mensen op de vlucht zijn geslagen, bleven er dus nog maar 3 miljoen over in het land. Je kunt je dus voorstellen dat het jaren heeft geduurd voordat de maatschappij weer een beetje draaide. De terugkerende vluchtelingen maakten de problemen natuurlijk niet kleiner. Ter plaatse van het memorial liggen circa 250.000 mensen begraven die in de omgeving van Kigali om het leven zijn gekomen. Van slechts enkele honderden is de identiteit vastgesteld, de rest ligt als onbekend persoon begraven. Vreselijk. Er worden nog steeds lichamen gevonden, vandaar dat één van de massagraven nog open is.

Op het eerste gezicht lijkt alles op dit moment pais en vree in het land, maar na diverse gesprekken met Paul, die hier al bijna 1,5 jaar werkt, blijkt dat de rivaliteit en wantrouwen tussen Hutu's en Tutsi's nog steeds aanwezig is en hij noemt het zelfs een kruitvat, dat niet zo veel nodig heeft te ontploffen. Met de verkiezingen van begin augustus in aantocht, geeft dat een somber gevoel. Het is overigens heel vreemd dat er bijvoorbeeld op het kantoor van Paul 2 collega's met elkaar samenwerken, waarvan de vader van de ene collega vermoord is tijdens de genocide terwijl de vader van de andere collega veroordeeld is voor zijn bijdrage aan de genocide. De Rwandezen praten er zelf weinig over en hebben het diep weggestopt. Maar het kan niet anders dat er veel getraumatiseerd zijn (en psychische hulp is er niet). Dat verklaart misschien ook de apatische houding die ze soms hebben.

Een grotere sprong kunnen we niet maken in de weblog, want we gaan het hebben over voetbal. Geloof het of niet, maar wij zijn gisteravond IN EEN ORANJE T-SHIRT2-1 voor NederlandA&A in het oanje naar een hotel gegaan om voetbal te kijken. Samen met zo'n 100 andere Nederlanders, Rwandezen en 3 Uruguaynen hebben we naar Nederland-Uruguay gekeken. Dat is natuurlijk heel gezellig geworden ondanks dat Alex de spanning van de laatste minuten bijna niet meer aan kon zien. We gaan nu ons schema een beetje omgooien zodat we zondag weer in Kigali zijn. Alex is nu hard aan het duimen dat de finale dan niet tegen Duitsland is. Hij heeft namelijk in 1974 een trauma opgelopen omdat hij toen tijdens de WK-finale in Duitsland was........

Nog even voor de vogelliefhebbers. De afgelopen dagen hebben de verrekijkers in de kast gelegen. Maar vandaag gaan wij naar een Nationaal Park in het zuidwesten van het land en hopelijk gaan we daar de 200 vogelsoorten overschrijden!

Groetjes van A&A en alvast allemaal succes komende zondag!

 

Foto’s

5 Reacties

  1. Ella:
    7 juli 2010
    Hallo Alex en Angeline,

    Nu is het toch echt tijd geworden voor mij om een berichtje achter te laten. Ik geniet van jullie reisverhalen en de mooie foto's. Waar ik echter wel van geschrokken ben is dat ik een foto zie van Alex met een ORANJE shirt aan ?!! Angeline, hoe heb jij dit voor elkaar gekregen? Ik weet dat Alex kleurenblind is maar zo erg is het toch niet? Wel fijn dat jullie met ONS Nederlands elftal meeleven.
    Geniet nog van jullie fantastische reis.

    groetjes,
    Ella
  2. erik mager:
    7 juli 2010
    Tjee! Wat een ontzettend snelle blog-update als het wedstrijdverslag van gisteravond er nu al te lezen is! Tja, die andere finalist... el equipo of die Mannschaft... We hebben het er vast nog wel eens over. Ik wens jullie in ieder geval alvast een prettige wedstrijd, zondag.
    Hartelijke groeten, -erik-
    PS - Nooit geweten, trouwens, dat Rwanda zo'n aangeharkt landje is!
  3. Marcel Kreuger:
    7 juli 2010
    Wat een fantastische reis is dit toch!
    Ik blijf met heel veel plezier jullie stukjes lezen.

    Mvg
    Marcel
  4. Tom Peters:
    8 juli 2010
    Curieus zo'n land waar ze elkaar in mootjes hakken maar daarna wel de stoep boenen.

    Ook jullie hebben de voetbalgekte dus niet kunnen ontlopen. Jullie weten dat ik een hekel heb aan voetbal, maar Dinsdag moest ik overwerken in Utrecht en was net om 20:30 klaar. Ik ben op weg naar het station van kroeg tot kroeg gestuiterd en zag het doelpunt van van Bronckhorst: toen heb ook ik staan juichen.

    Zondag zal ik dus zeker ergens in Amsterdam gaan kijken. Ik vind het wel jammer dat het niet tegen Duitsland is: dan hadden Alex en alle andere Nederlanders eindelijk kunnen afrekenen met de trauma's van WO-II en 1974.

    Tom
  5. Inge:
    11 juli 2010
    Hi, DE wedstrijd is nu bezig. Kan het niet aanzien. De ene gele kaart na de andere. Pfff. Wat een spanning. Dus jull... Robben mist!! Ga toch maar weer kijken. Doei!